Gameverslaving
Wat is normaal?
Voor de meeste jongeren is gamen een onschuldig tijdverdrijf. Een leuke hobby waar ze niet mee in de problemen komen. Gamen kan een manier zijn om te ontspannen en om plezier te beleven. Er zijn echter steeds meer jongeren die wél problemen hebben door overmatig gamen. In tegenstelling tot andere verslavingsproblematiek komen zij relatief vroeg in behandeling, omdat hun gamegedrag thuis zichtbaar is. Ouders zien het dus gebeuren. Ook vragen ze sneller hulp dan bij ander problematisch gedrag. Bij ouders en in de maatschappij is vaak onzekerheid: wat is nu normaal gamegedrag? En wat hoort gewoon bij beeldschermgebruik in de huidige tijd?
Overmatig gamen is een betrekkelijk nieuw fenomeen. De wetenschappelijke kennis is volop in ontwikkeling, maar nog beperkt. Brijder Jeugd en Youz (beide onderdeel van Parnassia Groep) hebben een gezamenlijke visie op het probleem en de behandeling ontwikkeld.
Gameverslaving: feiten en cijfers
- Kinderen beginnen vaak al jong met gamen. 33% van de basisschoolleerlingen doet dit dagelijks
- Op de middelbare school daalt het aantal gamers, maar dagelijkse gamers gamen langer
- 3-4% van de jongeren op de basisschool en middelbare school voldoet aan kenmerken van problematisch gamen (HBSC-studie, 2017)
- In 2016-2018 was gamen bij Brijder Jeugd, cannabis uitgezonderd, de meest voorkomende aanmeldreden
Overmatig gamen kan tot problemen op verschillende gebieden leiden. Denk aan verlies van controle over het gamen, conflicten thuis, slechter presteren op school, of zelfs schooluitval vanwege gamen. Jongeren die problematisch gamen slapen slechter en hebben minder contact met mensen buiten het spel.
Diagnose gameverslaving
Gameverslaving is nog geen DSM-5-diagnose. Wel zijn er voorlopige criteria geformuleerd voor de Internet-Gaming-stoornis, die als bijlage in de DSM-5-zijn opgenomen. De WHO heeft de Gamestoornis als formele classificatie in de ICT-11 opgenomen.
Hoe kun je een gameverslaving in de praktijk diagnosticeren? Gamen wordt een probleem als gamers de controle erover verliezen. Iemand besteedt dan zo veel tijd aan gamen dat hij of zij erdoor in de problemen komt, bijvoorbeeld op school, thuis of in sociaal contact.
Het is dus belangrijk om te kijken naar de ontwikkeling van het kind of de jongere. Gaat een kind naar school? Heeft hij of zij ook offline vrienden, hobby’s en andere interesses? En is er een gevoel van controle over het gamen?